Het doel van de Wet Werk en Zekerheid die sinds 1 juli 2015 van kracht is, was dat werknemers eenvoudiger ontslagen kunnen worden. Uit een enquête die Nieuwsuur uitvoerde onder de Vereniging van Arbeidsrecht Advocaten Nederland (VAAN) blijkt dat de Wet Werk en Zekerheid een tegengesteld effect heeft. Bovendien verzinnen werkgevers constructies om de wet te omzeilen.
In haar persbericht merkt de VAAN daarover het volgende op.
Ruim de helft van de duizend leden van VAAN heeft de enquête ingevuld. Een ruime meerderheid (65 procent) ziet dat werkgevers vanwege het nieuwe ontslagrecht terughoudend zijn om mensen in vaste dienst te nemen. Als toelichting schrijven zij: “De beloofde versoepeling van het ontslagrecht is een farce”, “Het is politieke bagger wetgeving van de bovenste plank. Gemiste kans”, “Slechte wet, Flexibel is flexibeler geworden en vast nog vaster.”
Tweedeling op de arbeidsmarkt
Als er al mensen vast worden aangenomen zijn het vooral de hoogopgeleiden, zegt 42 procent van de advocaten. Volgens Pieter van den Brink, oprichter van VAAN, leidt de wet tot een tweedeling op de arbeidsmarkt: “De uitslag van de enquête laat heel duidelijk zien dat vooral hoogopgeleiden een vast contract krijgen. Een verklaring hiervoor is dat zij vaak in posities zitten met meer inwerktijd. Laagopgeleiden zijn makkelijker vervangbaar. Het resultaat is dat door deze wet een verdere tweedeling ontstaat tussen de hogere functies en de lagere functies.”
Omzeilen transitievergoeding
Een van de veranderingen van de nieuwe wet is het verplicht betalen van een ontslagvergoeding aan tijdelijke werknemers die geen vast contract krijgen na 24 maanden, de zogeheten transitievergoeding.
Daar zitten veel werkgevers niet op te wachten, blijkt ook uit het onderzoek van Nieuwsuur. Bijna zeventig procent van de arbeidsrecht advocaten geeft aan dat werkgevers constructies verzinnen om dat te omzeilen.
Dat ziet ook Pascal Besselink, arbeidsrecht jurist bij DAS. “Sinds 1 juli zie je dat werkgevers kiezen voor andere constructies, bijvoorbeeld de 7+8+8-constructie. Hiermee geeft de werkgever eerst een contract van zeven maanden en dan nog twee contracten van acht maanden, waardoor de totale duur komt op 23 maanden. Hierdoor hoeven werkgevers geen transitievergoeding te betalen, want dat moet pas bij 24 maanden of langer.”
Klik hier voor de resultaten van de enquête.